De Nationale
Reisopera heeft het Resident Artists Programme ontwikkeld om jong talent een
kans te bieden zich binnen het professionele operagezelschap te bekwamen in het
vak. Het gaat hierbij om jonge, getalenteerde zangers maar ook bijvoorbeeld om
repetitoren, dirigenten, decor- en kostuumontwerpers.
Op zondag 13 januari
2013 bezocht ik in de kleine zaal van het
theater aan het Spui in Den Haag de pocketversie van La Bohème. Dit betrof een reprise van de productie uit
2011. Eén van de doelen van de pocketversie is om ook in kleinere zalen opera
te brengen die normaliter alleen op het grote podium te zien is.
Deze La Bohème is ingekort tot een minuut of
zeventig zonder pauze. Dit betekent dat de focus is komen te liggen op de twee
koppels in het verhaal en dat de overige partijen verdwenen zijn of slechts een
ondersteunende rol hebben in de handeling. Dit betekent bijvoorbeeld dat de
aria’s van Schaunard en Colline verdwenen zijn en de tweede akte zich
grotendeels beperkt tot de wals van Musetta. De grootste coupure zit in de
vierde akte waar na het duet van Rodolfo en Marcello gelijk wordt overgegaan op
het moment dat Musetta en Mimi binnenkomen. Hierdoor mist deze versie veel uit de voor Puccini kenmerkende wereld van de “piccole cose” maar de
kracht van La Bohème blijft bewaard.
Bij het
uitgangspunt van een pocketversie past geen volledig orkest. De begeleiding
bestond uit piano, klarinet en cello. Uiteraard is dit een groot verschil met
de orkestklank die normaliter klinkt maar binnen de context voldeed dit prima. Met name de keuze voor de klarinet is een
gelukkige, zeker in de lyrische momenten waar de stem wordt gedubbeld.
Het aantal
producties van La Bohème is immens. Wat kan een kleine productie als deze in
dramaturgisch aspect daar nog aan toe voegen? Interessant is de regie zeker. Christian Carstens ziet de personages als
personen die zichzelf onaantastbaar vinden en alleen vanuit zichzelf redeneren.
Deze hedonistische benadering van de hoofdpersonen en het onvermogen het zich
aankondigende noodlot te kunnen duiden en hiermee te kunnen omgaan komt knap
tot uiting in de personenregie. De eerste ontmoeting van Mimi en Rodolfo is hier
geen moment van doorleefde liefde en sentiment.
De kleine handelingen die normaliter een zachte glans verlenen – het
verstoppen van de sleutel, het uitgaan
van de kaars – zijn hier eerder berekenende handelingen in het snelle zoeken naar
bevrediging. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Rodolfo in de vierde akte
Mimi geen moment in zijn armen heeft. De ontreddering bij Rodolfo is meer
gelegen in het feit dat hij zich geen raad weet met de catastrofe die zich
afspeelt dan met het verlies van een geliefde. De tranen die vloeien komen eerder voort uit onmacht en zelfbeklag dan uit waarachtig verdriet. Zeker is
dat deze La Bohème elk zoete sentiment ontbeert. Het maakt het er niet minder navrant op.
Het ensemble aan
zangers bestaat uit jonge zangers die aan het begin van een veelal
internationale carrière staan. Het mooie van deze productie is
dat er op geen enkele wijze sprake is van
vrijblijvendheid of grote concessies. Dit geldt zowel voor de productie
als de muzikale begeleiding en het vocale deel.
Alle zangers passen prima binnen de context van deze
productie en met hun kwaliteiten tillen zij het niveau van de voorstelling
boven hetgeen er van verwacht mag worden. Het spel is zoals tegenwoordig
vereist dynamisch en expressief en ook op vocaal gebied werden veel wensen
vervuld. Hannah Medlam en ThorbjørnGulbrandsøy als Mimi en Rodolfo zorgden voor diverse fraaie ontroerende momenten met als hoogtepunt het slot van de
derde akte. Bora Balci en Sonja Volten als tweede koppel sloten bij dat niveau
aan. Sonja Volten buitte mogelijkheden
die de wals haar bood ten volle uit.
Bijzonder voor de
FWSH is dat ons lid Tristan Faes te
horen en zien was als Schaunard en dat binnen de mogelijkheden die zijn zwaar
gecoupeerde rol hem gaf dat uitstekend deed. Binnenkort zullen wij meer
aandacht aan hem besteden op deze blog. Hij zal in ieder geval binnenkort te
zien zijn als lid van het koor in Parsifal bij de Vlaamse opera.
Deze productie
reist nog een korte tijd door Nederland en verdient veel meer bezoekers dan zondag in Den Haag. Voor de speeldata en theaters
verwijzen wij u naar de site van de Nationale Reisopera. Zeer de moeite waard !
(JB)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten